dinsdag 20 januari 2009

Piet

De daken zijn glad. De schoorsteen is de enige die uit durft te steken én tegelijkertijd warmte kan verspreiden. Toch is het ook vlakbij de schoorsteen koud. Het is te koud om te zitten dus oefent Piet af en toe zijn passen en kunsten. Hij kan zijn gang gaan: Niemand ziet hem in het donker. Alles is glad het is veel te laat 5 december is allang geweest iedereen is allang terug gegaan het is koud. Niets ziet de zwart gemaakte in het donker, dus het maakt niet uit wat hij doet. Hij is veel te vrolijk voor dit. Dit is niet te bevatten voor hem. Waar zijn de cadeautjes ik wil geven! De rand van het dak tegenover steekt zwart af tegen het licht van de lantaarnpaal van de weg erachter. Hij weet niet of hij weg wilt of waar de weg heenleidt. Niet alle wegen leiden naar Spanje. De leegte beknelt en de kou wordt heet onder de voeten de stilte doet pijn in de oren. Verhoren wilde Sint zijn gebeden niet, het leven liet geen medelijden over voor deze wrede Piet. Hij vraagt zich af: Hebben mijn gedichten ooit mensen pijn gedaan? Hij weet wat fout was tis niet goed te praten. Meestal waren een paar kunsten genoeg om het weer goed te maken, maar hier in het donker ziet niemand hem. De komst van de Goede Sint laat nog lang op zich wachten. Tot dan is er een straf om uitgekunsteld te worden.

Geen opmerkingen: